Vanaf 14 maart is TOP, het nieuwe informatiesysteem voor Taalhuizen, beschikbaar. Het vormt het sluitstuk van een innovatief project van BiSC, mogelijk gemaakt door een provinciale innovatiesubsidie.
Start
Het begin van dit project ligt bij coördinatoren van Taalhuizen in de provincie. Zij spraken de behoefte uit aan een informatiesysteem dat ondersteuning biedt bij de hoofdwerkzaamheden van de Taalhuizen; de intake, de verwijzing en rapportage. BiSC heeft een projectgroep van coördinatoren gevormd die voor de zogenaamde user stories hebben gezorgd (wat moet het systeem doen) en een kleiner groepje coördinatoren heeft de ontwikkelaars van de software begeleid.
Innovatieve aanpak
Bij de bouw van het informatiesysteem heeft BiSC gekozen voor een innovatieve aanpak. Voor TOP is gekozen voor een nieuwe ICT-architectuur die ook door gemeenten wordt gebruikt om hun nieuwe ICT-systemen te bouwen (Common Ground genaamd). Dat houdt onder andere in dat gewerkt wordt met open standaarden, open source en bouwen in componenten. Daarmee ben je als opdrachtgever niet afhankelijk van leveranciers of technische platforms en je kunt componenten uitwisselen.
Klaar voor de toekomst
Dat avontuur levert een zeer toekomstbestendige applicatie op. Tegelijkertijd was de eerste keer toepassen van deze architectuur ook een leerproces. De bouw heeft daardoor langer geduurd dan gepland, maar betekent ook dat BiSC met deze architectuur nu in staat is sneller, beter en goedkoper uitbreidingen of nieuwe applicaties te bouwen.
Extra mogelijkheden
Parallel aan de bouw van TOP liep er een project om een aantal uitbreidingen van TOP te realiseren ten behoeve van het DigiTaalhuis Utrecht. Hiervoor was een subsidie van de gemeente Utrecht beschikbaar. Deze uitbreidingen zijn in TOP voor alle gebruikers beschikbaar. Het gaat met name om de functionaliteit die het mogelijk maakt met teams (of vestigingen) te werken.
Contact
Wil je graag meer informatie over de mogelijkheden van TOP of ben je geïnteresseerd in een demonstratie? Neem contact op met Edwin van der Zalm.